Duitse militaire rangen
Land- en luchtmacht
Ook de Duitse rangen worden onderverdeeld in officiersrangen, onderofficiersrangen en de lagere rangen.
De marine heeft eigen, afwijkende rangen en rangonderscheidingstekens. De lucht- en de landmacht hanteren daarentegen dezelfde Duitse rangen en rangonderscheidingstekens.Onderstaand, van laag naar hoog, de namen van de rangen bij zowel de landmacht als de luchtmacht:
De Lagere rangen, ofwel de Manschappen:
• Soldat (soldaat)
De korporaalsrangen:
• Gefreiter
• Obergefreiter
• Hauptgefreiter
• Stabsgefreiter
• Oberstabsgefreiter
De Onderofficieren:
De sergeantrangen:
• Unteroffizier/Fahnenjunker
• Stabsunteroffizier
• Feldwebel
De sergeant-majoorrangen:
• Oberfeldwebel
• Hauptfeldwebel
• Stabsfeldwebel
De adjudantrang
• Oberstabsfeldwebel
De militaire rangen bij de Officieren:
• Leutnant (luitenant)
• Oberleutnant (eerste luitenant)
• Hauptmann (kapitein)
• Stabshauptmann
• Major (majoor)
• Oberstleutnant (luitenant – kolonel)
• Oberst (kolonel)
• Brigade-general (brigade – generaal)
• General-major (generaal – majoor)
• General-leutnant (luitenant – generaal)
• General (generaal)
De marine
Bij de Marine worden, ten opzichte van bovenstaande rangen, de volgende Duitse rangen benamingen gehanteerd: Bij de manschappen wordt der Soldat ‘Matrose’ genoemd; de overige benamingen zijn gelijk aan land-/luchtmacht.
Bij de onderofficieren heet der Feldwebel ‘der Bootsman’.
Bij de officieren hanteert men de volgende Duitse rangen:
- Leutnant zur See
- Oberleutnant zur See
- Kapitän-Leutnant
- Stabskapitän-Leutnant
- Korvettenkapitän
- Fregattenkapitän
- Kapitän zur See
- Flottillen-admiral
- Konter-admiral
- Vizeadmiral
- Admiral